Stel je voor: je fietst ’s avonds naar een vriend of vriendin om bij te kletsen. Het is twintig minuten, een lekker ritje. Maar, halverwege de tocht moet je altijd dat ene tunneltje door. Het is er niet persé verkeersonveilig. Maar het is… nou ja, gewoon onguur. Het minpuntje aan die voor de rest zo fijne fietsroute. Maar dan, onverwacht, als je door de tunnel fiets wordt je overladen door een heerlijke geur. Bij de tijd dat je hebt bedacht wat dat toch kan zijn ben je de tunnel alweer uit. Dat was prettig! Dit idee komt van Iris van Hagen en Thijs Broers van Goudappel. Zij wonnen de Amsterdam Bike City Innovatielab prijs voor hun voorstel ‘Tunnelvisionair’. En gelukkig wilden ze met ons in gesprek over wat hun idee inhoudt en hoe ze de tunnels van Amsterdam gaan verbeteren. Thijs: ‘Het mag allemaal lekker ludiek, maar met een serieuze uitkomst.’
Vertel nog eens: wat houdt jullie idee in?
Iris: ‘Het idee is om tunnels in Amsterdam aangenamer te maken waardoor de sociale veiligheid verbetert. We gaan dat doen door Amsterdammers te laten stemmen op de meest ongure tunneltjes van hun stad. Welke tunnel is donker, stinkt, is slecht verlicht en wil je echt niet zijn? De vijf ergste tunnels worden geselecteerd voor een proef met maatregelen die invloed hebben op de zintuigen. Iedere tunnel wordt verbeterd aan de hand van een zintuig. Dus bij één tunnel wordt iets gedaan met voelen, bij een ander iets met geluid, weer een ander smaak, geur of proeven, enzovoort. We meten van te voren hoe de tunnel wordt ervaren als die nog onguur is. Daarna meten we hoe de tunnel wordt ervaren als er iets gedaan is voor een zintuig. Uiteindelijk kun je dan bijvoorbeeld zeggen: geluid en geur hebben een positieve invloed op hoe de tunnel wordt ervaren.’
Klinkt heel goed! Hoe kwam dit idee tot stand?
Thijs: ‘Het kwam eigenlijk door ons werk bij Goudappel. Goudappel was vroeger een bureau wat heel erg gericht was op verkeersmodellen, rekenen en auto’s. Maar inmiddels is dat heel anders en hebben we een bredere blik.’
Iris: ‘We richten ons nu veel meer op de mens. Hoe ervaren zij de stad? Wat merken zij van wat we ontwerpen? Dus het was heel logisch dat we mee wilden doen aan deze prijsvraag met als doelstelling het verbeteren van de sociale veiligheid op de fiets.’
Thijs: ‘Daar waren onze collega’s het mee eens. We hebben een groepje van zes mensen bij elkaar gezet en zijn gaan brainstormen. Lekker breed de gekste ideeën opschrijven. Uiteindelijk kozen we voor het ‘Tunnelvisionair’ idee omdat het simpel en toch effectief is. En het is grappig, maar met een serieus probleem wat je wilt aanpakken. We willen graag de tunnels zo origineel mogelijk verbeteren.’
Iris: ‘Wat gebeurt er bijvoorbeeld met een fietstunnel als je er dertig discoballen ophangt? Of een op-z’n-kop tunnel maakt, waarbij op het plafond een fietspad geschilderd is en er prullenbakken en een bankje naar beneden hangt, terwijl je zelf rijdt over de ‘verlichting’ van de tunnel. Bij de tijd dat je doorhebt hoe het zit, ben je de tunnel alweer uit. En heb je je niet onveilig gevoeld.’
Thijs: ‘Ludiek met een serieuze uitkomst dus.’