Afbeelding
maandag 16 november 2020

Robert-Jan ter Kuile: ‘Met RiVier kunnen reizigers zich makkelijker door de stad gaan bewegen’

Hilde Postma

Robert Jan ter Kuile (manager strategie afdeling van GVB) is de trekker van RiVier: een platform waarmee straks apps optimaal verschillende vormen van gecombineerde reizen kunnen aanbieden. Het is een samenwerkingsverband van de vier vervoerders NS, GVB, RET en HTM. We stellen hem dertien vragen.

Wat is de bedoeling van RiVier?

‘In een visie hebben wij als de vier grote vervoerbedrijven (NS, GVB, RET en HTM) vastgelegd hoe het vervoer in Nederland er in de toekomst wat ons betreft uit zou moeten komen te zien. Daar kwamen vier punten uit: het zou snel, flexibel, gemakkelijk en duurzaam moeten zijn wat ons betreft. Snelheid vraagt vooral overheidsinvesteringen in infrastructuur. Als vervoerbedrijven kunnen wij zelf gemak en flexibiliteit verbeteren. Samen met NS, RET en HTM hebben wij bedacht dat we onze klanten een integraal aanbod willen aanbieden – waar ook deelscooters, deelfietsers, deelauto’s en deeltaxi’s deel van uit maken. Onze gedachte was: deze vormen van deelmobiliteit komen steeds meer op de markt. Als je dat aanbod zichzelf laat ontwikkelen, wordt dat niet optimaal geregeld. Aanbieders van deelauto’s en deelfietsen kunnen nu geen ov aanbieden. En in het centrum van de stad blijft ov toch de meest optimale en snelle manier om van A naar B te komen. Aan de randen zijn juist scooters en deelauto’s ideaal. Het doel dat we voor ogen hadden is dat hele aanbod aan ov en andere modaliteiten eerlijk en integraal bij de reizigers te brengen. We willen dat graag zelf aanbieden via de apps van 9292, GVB, NS, HTM en RET. Maar we willen dat ook andere aanbieders kunnen dat doen via hun apps, zoals via de Uber app bijvoorbeeld – en we willen dat zij ook ov kunnen aanbieden.

Wat was de volgende stap?

Dat was bedenken hoe we een neutrale technische laag konden creëren waarmee we als 1 pakketje al die vormen van vervoer kunnen aanbieden aan zowel Uber als andere mobiliteitaanbieders – zodat zij die weer aan klanten kunnen aanbieden. Die neutrale technische laag is wat het project RiVier wil realiseren.

Hoever is dat nu?

Het is een complex traject! Er waren eigenlijk twee grote complexiteiten. De ene is: dat het niet zomaar mag – vanwege de neutraliteit. Dat is ook waarom we het plan aan de ACM hebben voorgelegd. We hebben moeten aantonen dat RiVier werkelijk neutraal van opzet is. Het is echt de bedoeling dat we de modaliteiten naast elkaar gaan zetten – zodat reizigers zelf kunnen kiezen wat voor hen van belang is. De ACM heeft toestemming gegeven dus de eerste hobbel is inmiddels genomen.

Wat is de andere complexiteit?

Voor ons was de vraag: hoe zetten we dit goed neer als aanbesteding? Een onafhankelijke platformbouwer moet dit namelijk gaan realiseren. En we willen daarbij wel voor 15 jaar afspraken maken – maar we willen er ook voor zorgen dat we in diezelfde 15 jaar flexibel blijven! Dat is met deze hele nieuwe ontwikkeling wel essentieel. Hoe zorg je dat je daar goede afspraken voor maakt? Dat is uiteindelijk wel goed gelukt.

Robert-Jan ter Kuile: 'In Wenen, Berlijn en München is men al vrij ver zijn met dit soort ontwikkelingen. We denken dat het begin volgend jaar zover is dat ook in Nederland aanbieders van deelmobiliteit zichzelf kunnen laten aanbieden via RiVier. Vervolgens kunnen appontwikkelaars daar mee aan de slag.'

Hoe ver is het met de aanbesteding?

We hebben die uitgeschreven en voor de eerste ronden meldden zich 40 partijen. Daarvan hebben zich 24 bedrijven serieus ingeschreven voor de tweede ronde. Uiteindelijk hebben we 5 partijen meegenomen naar de laatste ronde. Daar zitten goede kandidaten bij met wie we onderhandelingen kunnen voeren. Dat zijn kandidaten die al ervaring hebben op dit gebied: het opzetten van platforms.

Moet ik dan denken aan een soort Booking.com of Funda?

Nee, ze hebben specifiek ervaring op het gebied van platforms in mobiliteit. Dat hebben ze in andere steden ook al gedaan.

Welke steden hebben dit soort platforms al dan?

In Wenen, Berlijn en München bijvoorbeeld is dat het geval. Dat zijn een paar van de belangrijke steden die vrij ver zijn met dit soort ontwikkelingen; dat zijn bekende voorbeelden.

En wat gaat dat voor de reiziger opleveren?

Ja, dat is de belangrijkste vraag natuurlijk. We denken dat we begin volgend jaar aanbieders van deelmobiliteit zichzelf kunnen laten aanbieden via RiVier. Vervolgens kunnen appontwikkelaars daar mee aan de slag. We denken dat ergens volgend jaar reizigers zich veel gemakkelijker door de stad kunnen gaan bewegen met alle vormen van deelmobiliteit die dit soort apps gaan aanbieden.

'We denken dat ergens volgend jaar reizigers zich veel gemakkelijker door de stad kunnen gaan bewegen met alle vormen van deelmobiliteit die dit soort apps gaan aanbieden.'

Groeit dat aanbod nog steeds?

Ja, het aanbod van deelfietsen en deelauto’s is het laatste jaar veel groter geworden en groeit nog steeds. Via de apps zullen reizigers daar gemakkelijker gebruik van kunnen maken.

Dat klinkt goed. Wat is het gevolg daarvan?

Wij verwachten dat in een stad als Amsterdam mensen meer vormen van vervoer gaan combineren. Ze zullen niet meer zo vaak alleen naar de tram of bus kijken, maar modaliteiten gaan samenvoegen. Er kan ook een heel interessante ontwikkeling ontstaan – in samenwerking met de ANWB – waarbij het vanuit omliggende gemeentes gemakkelijker wordt om met de auto richting de stad te gaan – en dan via een parkeerplanner te zien waar je in of net buiten de stad kunt parkeren om het laatste stuk met het ov of een deelfiets af te leggen. Als je dat via een reisplanner duidelijk kunt maken, kan dat bijvoorbeeld heel aantrekkelijk zijn voor bijvoorbeeld iemand uit Alblasserdam. Die kan met de auto naar de stad komen, maar vervolgens parkeren bij Sloterdijk – of ergens langs de A2 – en een trein of een metro pakken. Dat is echt ontzettend goed voor de stad!

Moet je daar goede afspraken voor maken?

Ja, zowel met de stad als met de Vervoerregio. En aan de ‘achterkant’ moeten we betrouwbaar zijn en toegankelijk voor alle aanbieders van deelmobiliteit. Aan de ‘voorkant’ moet je alle apps de gelegenheid bieden hun aanbod samen te stellen op basis van marktwerking. Er kan bijvoorbeeld ook een app komen die de auto centraal stelt, die aangeeft hoe ver je met de auto overal kunt komen. En de andere vormen van mobiliteit als aanvullend ziet. Je kunt apps hebben die juist het ov centraal stellen. En je kunt misschien zelf apps hebben die handig zijn voor mensen die veel vliegen: waarbij het vervoer rond Schiphol de hoofdrol speelt. Dat moet zich via marktwerking allemaal gaan wijzen.

Wanneer moet het platform klaar zijn?

Volgend jaar! En we verwachten dus dat reizigers er in de loop van het jaar iets aan gaan hebben.

Dat geldt voor het hele land?

Ja! RiVier is door deze vier vervoerders opgericht, maar alle mobiliteitsaanbieders kunnen zich er op aansluiten – overal in Nederland.

Smart Moblity Festival: schrijf je in!

Deze week is de week van het Smart Moblity Festival. Als je geïnteresseerd bent in ontwikkelingen als MaaS en RiVier neem dan een kijkje op Smart Mobility MRA Festival 2020

Stel  daar je eigen programma samen!