De vogeltjes gaan weer fluiten en narcissen schieten uit de grond. De lente komt eraan en dat gaat gepaard met mooi fietsweer. En als het weer je niet motiveert om op de fiets te stappen, dan misschien wel de plannen van Provincie Noord-Holland, Provincie Flevoland, de Vervoerregio Amsterdam en Metropoolregio Amsterdam om doorfietsroutes te realiseren. Vervoerregio collega en projectbegeleider Renske van Drunen vertelt over de doorfietsroute waar zij aan meewerkt.
Doorfietsroutes zijn brede fietspaden langs belangrijke routes die samen een netwerk vormen tussen steden, kernen en de omliggende landschappen om de onderlinge bereikbaarheid te verbeteren. Marja Ruigrok, lid dagelijks bestuur van de Vervoerregio: “Door brede fietspaden heb je meer ruimte voor fietsen met verschillende snelheden. Met de komst van elektrische fietsen kunnen fietsers tegenwoordig ook makkelijker langere afstanden afleggen, bijvoorbeeld naar hun werk. Dit moeten we dan wel aantrekkelijk maken. Ik ben dan ook erg blij met de voortgang die we maken binnen de Metropoolregio Amsterdam met het realiseren van een aantrekkelijk netwerk van MRA-doorfietsroutes.”
Van Haarlem naar Amstelveen op de fiets
Laten we even inzoomen op een van die doorfietsroutes. Renske van Drunen is projectbegeleider bij doorfietsroute F232: ‘Deze route is aangewezen als toekomstige doorfietsroute omdat het van Haarlem, via dorpskernen, Badhoevedorp en Schiphol naar Amstelveen loopt. Een route langs allerlei belangrijke plekken, dus wij zien hier kansen voor woon-werk verkeer op de fiets.’
Door een extern onderzoekbureau is onderzocht hoe de fietsroute, die grotendeels langs de provinciale weg N232 ligt, kan worden aangepast tot volwaardige doorfietsroute. Daarvoor is de hele route in zo’n 20 tot 25 stukken opgedeeld, en per stuk is gekeken naar wat er moet gebeuren om het ideaal-plaatje van een doorfietsroute te realiseren. Renske: ‘Uit het onderzoek is advies gekomen over wat we het beste kunnen doen op bepaalde plekken. Denk bijvoorbeeld aan een extra stuk grond kopen om de fietspaden breder te kunnen maken.’ Naast het verbreden van fietspaden wordt er bij doorfietsroutes ook gekeken naar de mogelijkheden of fietsers zo veel mogelijk voorrang kunnen krijgen op de route, dat de route makkelijk te volgen is, zonder veel bochten of afslagen, en dat de route niet te dicht bij de weg ligt om het zo veilig mogelijk te maken.
Niet overal even makkelijk
Via Google Maps laat Renske een aantal stukken op fietsroute F232 zien die in het onderzoek aan bod komen. Ze laat een brug zien waar de provinciale weg en het fietspad samen overheen lopen [foto 1]. ‘Zoals je ziet op de foto wordt het hier erg lastig om het fietspad te verbreden aangezien de ruimte beperkt is. Daarnaast zien we eigenlijk liever een wat grotere afstand tussen de weg en het fietspad, maar ook daar is weinig ruimte voor.’ Ook laat ze de weg zien die langs het dorp Boesingheliede loopt [foto 2]. ‘Je ziet hier de doorgaande provinciale weg met rechts daarnaast een weg om de bedrijven en huizen in Boesingheliede bereikbaar te houden. Ook hier is niet veel ruimte, dus een breed fietspad realiseren wordt lastig.’
