Als wethouder Lex Scholten bij de foto locatie staat – de spoorwegovergang Diemen Centrum – doet hij even zijn zonnebril af. ‘Anders zie ik er uit als een maffiabaas.’ Hij heeft zin in de zomer, want eind mei gaat hij op reis. ‘Naar alles wat op mijn bucketlist in Europa staat.’ Voornamelijk steden, want hij is geen strandganger en wel iemand die geniet van lekker eten. ‘Lekker op een terrasje zitten, musea bezoeken en niks doen, heerlijk.’ Hij heeft geen moeite met het afsluiten van zijn zestien jaar lange wethouderschap in Diemen. Al die tijd met verkeer en vervoer in zijn portefeuille. ‘Op een gegeven moment is het mooi geweest.’ Maar voordat hij gaat blikt hij terug. ‘Je hebt elkaar zo nodig in de regio.’
In de zestien jaar dat u wethouder bent geweest, hoe heeft u Diemen zien veranderen?
‘Diemen is enorm gegroeid. Toen ik begon woonden er pak en beet iets meer dan 23 duizend mensen. Nu is dat meer dan 32 duizend. We hebben ontzettend veel aan nieuwbouw gedaan zoals Holland Park en De Sniep. Ook de sociale structuur is iets veranderd. Er zijn veel hoger opgeleiden komen wonen in Diemen, meer studenten en iets meer bewoners met een migratie achtergrond.’
Zie je dat terug in hoe de ruimtelijke ordening van Diemen er uit ziet?
‘Nou er zijn veel woningen bij gekomen, ten koste van kantoor. En er is een klein theater wat het goed doet de laatste jaren. Al ligt Diemen zo vlakbij Amsterdam dat de meesten voor culturele activiteiten toch de stad in gaan.’
Bent u zelf ook veranderd, in uw 16 jaar wethouderschap?
‘Toen ik begon als wethouder had ik nog nooit een politieke functie gehad. En ik ben een ongelofelijk rationeel persoon. Dus in het begin dacht ik vaak “wat ik vertel is toch gewoon een sluitende redenering?” Maar ik heb geleerd dat in een discussie met de raad en de inwoners niet alleen de ratio overheerst maar ook de emotie. Daardoor moet je een verhaal soms meerdere keren uitleggen voor het echt binnenkomt. Dat spel heb ik moeten leren spelen en dat is me ook gelukt.’
‘Het tweede wat ik heb geleerd is dat je als wethouder een grote kennisvoorsprong hebt op inwoners en raadsleden. En die kennisvoorsprong moet je elke keer weer weten te overbruggen. Je neemt sommige dingen als vanzelfsprekend aan omdat je de materie kent. Daardoor heb je het risico dat je dingen in je uitleg overslaat.’
Hoe overbrug je zoiets? Heeft u daar een voorbeeld van?
‘Bij het onderwerp verkeer zie je dit veel gebeuren. In principe heeft iedereen verstand van verkeer. Maar een goed voorbeeld is het aanleggen van een zebrapad. Je legt namelijk alleen een zebrapad aan op een plek waar automobilisten er eentje kunnen verwachten. Want als ze het niet verwachten en kinderen denken dat ze voorrang hebben omdat het een zebrapad is, dan krijg je nare ongelukken. Als je in de materie zit is dat vanzelfsprekend, maar als je een bewoner bent denk je “waarom is hier geen zebrapad?”. Hetzelfde geldt voor sommige verkeerssituaties die wat gevaarlijk of onoverzichtelijk ogen. Daardoor zijn ze juist veiliger, omdat alle verkeersdeelnemers beter opletten op zulke plekken. Maar mensen die op die plek met kleine kinderen lopen ervaren het natuurlijk heel anders. Daar zitten af en toe misverstanden.’