Afbeelding
vrijdag 24 juli 2020

Nieuwe trappen voor Amstelstation

Hilde Postma

Op verschillende locaties in de stad voert Prorail werkzaamheden uit tijdens de zestiendaagse buitendienststelling deze maand van 14 tot 30 juli. Vandaag: de aanleg van een nieuwe trappartij in het Amstelstation.

Gisteren berichtten we over de aanleg van de onderdoorgang bij de Amstelstroomlaan en de Spaklerweg. Vanaf daar is het vijf minuten fietsen voor omgevingsmanager Geertjan Cronenberg naar een andere locatie waar een grote klus wordt verricht: het Amstelstation. ‘Hierachter wordt de nieuwe trap gemaakt’, zegt Geertjan als we in de stationshal langs de hekken lopen waarachter gewerkt wordt. ‘Met de trap kunnen vanuit de stationstraverse straks meer reizigers sneller naar het oostelijk perron komen; reizigers kunnen sneller in en uit de trein stappen’.

Weggezaagd spoor

Boven op het perron legt Geertjan verder uit: ‘Kijk, hier is het spoor weggezaagd. Daaronder maken we nu de fundering voor de nieuwe trap. Er worden stalen buizen geslagen – en die worden straks vol met beton gegoten: zo krijg je betonnen palen. Daarboven op komen betonnen platen als afdekking – en daar komt het metrospoor weer op te liggen.’ Wat de klus moeilijk maakt, is de beperkte werkruimte, zegt hij. ‘Ook zit er allemaal oude troep in de ondergrond, zoals betonresten. Dat maakt het aanbrengen van de palen lastig’.

Tijdelijk gat stationsmuur

Nu de metro deels en de trein helemaal niet rijden, wordt er dag en nacht doorgewerkt. ‘Toch zijn deze zestien dagen net voldoende om het allernoodzakelijkste doen. Straks als de metro er weer overheen ligt, wordt er verder gegaan met uitgraven. Daarvoor wordt tijdelijk een gat in de zijmuur van het station gemaakt, om binnendoor materieel af en aan te voeren.’

Verzakt en verouderd

Het station krijgt ook nieuwe perrons. ‘De huidige perrons zijn verzakt en verouderd, dus nu de treinen niet rijden, leggen we ook nieuwe perrons aan. We voorzien ze van nieuwe bestrating zodat straks alles er weer netje uitziet.’ Over het spoor komt metrolijn 54 aanrijden. ‘Deze lijn pendelt nu alleen tussen Centraal Station en Amstelstation heen en weer’, vertelt Geertjan.

Pendelbussen

Aan de voorkant van het Amstelstation bij het Julianaplein is goed te zien hoeveel voeten in de aarde de buitendienststelling heeft. Er is een tijdelijke uitstaphalte voor de pendelbussen aangelegd. Bus 75 die tussen Bijlmer en Amstel rijdt, is daarvan de drukste: hij gaat iedere drie minuten. ‘We hebben deze tijdelijke halte aangelegd, omdat het anders te druk wordt op het busstation, waar ook de reguliere bussen nog stoppen. In totaal zijn er dertig bussen per uur in de spits die trein- en metroverkeer vervangen.’

Tienduizenden reizigers

‘Het is dat het door de coronacrisis rustiger is; anders zouden we dagelijks 140.000 reizigers vervoeren met de bussen: 70.000 ’s ochtends, en 70.000 ’s middags. Nu gaat het om ongeveer dertig procent van dat aantal. Maar die willen in de bus nu ook niet allemaal dicht op elkaar zitten.’

Stewards

Er is ook een pendeldienst tussen Station Zuid en Amstel (bus 77) en de tijdelijke bus 73 rijdt tussen de Van der Madeweg en Amstel. ‘Voor de bussen zijn vooral de stewards van GVB en NS belangrijk die de mensen de weg wijzen. Ze wijzen de reizigers er onder meer op dat het belangrijk is om bij het juiste poortje in- en uit te checken’, vertelt de omgevingsmanager. ‘De Amsterdamse reizigers krijgen na zes dagen wel redelijk in de smiezen hoe het werkt. Maar de toeristen: dat is een ander verhaal. Die komen vaak maar één dag op een locatie; die moet je het iedere keer voor het eerst uitleggen.’

Redelijk gesmeerd

Op het busstation staan Mohamed, Simon en Ricardo. ‘De mensen komen met pieken en dalen’, zegt Ricardo. ‘De eerste twee dagen verliep het wat chaotisch, en waren mensen soms wat chagrijnig of geïrriteerd. Maar inmiddels loopt het redelijk gesmeerd’. Simon beaamt dat: ‘De mensen weten inmiddels waar ze moeten zijn. Het gaat nu echt lekker vlotjes’.

Omdat Prorail op verschillende locaties in de stad tegelijk aan het werk is, hebben de werkzaamheden een behoorlijke impact op het reizigersvervoer. Toch wordt de uiteindelijke overlast beperkt doordat alles tegelijk gebeurt. Als de werkzaamheden los van elkaar waren gepland zouden er drie jaar en ruim twintig verschillende buitendienststellingen nodig zijn geweest.