Afbeelding
woensdag 19 augustus 2020

GVB laat gekoppelde IJtrams vanaf september rijden: ‘We doen ons uiterste best’

Hilde Postma

GVB voert op dit moment testritten uit om gekoppeld te gaan rijden met tram 26: alle trams worden twee keer zo lang als nu het geval is. Daarmee vergroot GVB de capaciteit op de IJtram met anderhalf keer. Unitmanager Paul Koert: ‘We streven er naar om 28 september volledig gekoppeld te rijden. Het is een enorme uitdaging alles voor die tijd rond te krijgen. We doen ons uiterste best.’

Het is al jaren een probleem: de drukte op de IJtram. Meer trams inzetten kan niet, dus GVB bedacht een andere oplossing: langere trams maken. Het is een enorme sliert die zich over het spoor beweegt – zo’n dubbele tram. Op het laatste bankje van de eerste tram is het een vreemde gewaarwording dat er heel dichtbij achter je nóg een tram hangt. Met slechts een meter ertussen voor de koppeling van de voertuigen. En vanaf de perrons maakt zestig meter aan tram ook al indruk.

Volledig gekoppeld

‘Uiteindelijk gaan we de volledige dienstregeling gekoppeld rijden’, zegt Paul Koert. ‘Met negen ‘setjes’. Voor elk setje worden twee Combino’s aan elkaar gekoppeld. Een tiende setje blijft in de IJtramstalling staan, als reserve. De gekoppelde trams rijden met één bestuurder en één conducteur. De conducteur zit in de tweede wagen. Bij hem of haar kun je als je instapt een kaartje kopen. In de eerste wagen kan dat ook bij de bestuurder, maar we vragen de reizigers dat in principe in de tweede wagen te doen. De conducteur en de bestuurder hebben onderling contact via het mobilofoonsysteem; net als in andere trams – alleen zitten ze nu in een apart voertuig.’

Unitmanager Paul koert: 'De techniek van nu moet ‘praten’ met de techniek van een twintig jaar oude tram. Dat gaat niet zonder slag of stoot.'

Foto: Karin Stroo

Storingen en issues

‘We zijn in juli begonnen met testritten: elk setje wordt uitvoerig getest en rijdt een aantal dagen mee in de dienstregeling. Net zolang tot we alle storingen en issues goed in kaart hebben. Dat kan bij het ene setje wel veel langer duren dan bij het andere, omdat je meer problemen tegen komt.’ Want er komt veel kijken bij het koppelen van de trams, legt Paul Koert uit – en bij het werk zijn veel verschillende mensen en afdelingen betrokken. ‘De afdeling techniek koppelt de trams aan elkaar, en de afdeling ICT moet de systemen aan elkaar hangen.’ Dat gaat de ene keer sneller dan de andere. Hij geeft een voorbeeld: ‘Om het eerste setje klaar te krijgen, waren we vier dagen bezig. De trams werden gekoppeld, we konden meteen gaan rijden en waren daarna vier dagen bezig met de afstemming.’ Maar bij het tweede setje ging het anders: ‘Toen die trams waren gekoppeld, konden we er niet meteen mee gaan rijden, omdat er teveel zaken niet goed konden worden afgestemd. Je moet het zo zien: je kunt een caravan achter een auto hangen, maar als de richtingaanwijzers van de caravan het niet doen, kun je niet gaan rijden en moet je eerst uitvinden waar het aan ligt. Waar zit het hem in? Bij trams is dat natuurlijk nog ingewikkelder maar het principe is hetzelfde.’

'Je moet het zo zien: je kunt een caravan achter een auto hangen, maar als de richtingaanwijzers van de caravan het niet doen, kun je niet gaan rijden en moet je eerst uitvinden waar het aan ligt. Waar zit het hem in? Bij trams is dat natuurlijk nog ingewikkelder maar het principe is hetzelfde.’

Ingewikkeld proces

Het is een ingewikkeld proces, dat niet zonder slag of stoot gaat, geeft Koert aan. ‘Dat komt ook doordat we werken met trams die uit 2000 dateren. Er zit in die oude trams veel moderne techniek, zoals de pinautomaten, de schermen, het mobilofoonsysteem en de incheckautomaten. Al die techniek van nu moet ‘praten’ met de techniek van een twintig jaar oude tram. Zowel de baan (de techniek onder de grond) als de leidingen of GPS (de techniek in de lucht) moeten weten dat het om een gekoppelde tram gaat. Dat de trams gekoppeld zijn, heeft werkelijk invloed op alles: de VRI- en seinaansturing, het mobilofoonverkeer en de punctualiteit. Dat allemaal goed laten verlopen, gaat niet vanzelf.’

Blauwdruk configureren

Daar komt bij dat in de twintig jaar dat de trams oud zijn, er vaak en veel gesleuteld is aan de trams. ‘Niet alle monteurs hebben altijd goed opgeschreven wat er aan de trams gedaan is. Het kan best zijn dat er een stekkertje andersom zit. Voor een leek is dat niet zo interessant, maar het maakt het voor ons ingewikkeld: de blauwdrukken van de trams zijn niet eenduidig. Bij elke tram moeten we die blauwdruk dus configureren.’

Camerasysteem vervangen

Inmiddels zijn er vijf setjes getest. ‘We zijn nu bezig met het zesde setje. We rijden met alle setjes net zo lang in de exploitatie rijden totdat we zeker weten dat alles goed functioneert of dat we helder hebben wat we nog moeten oplossen.’ Op alle voertuigen is ook het camerasysteem worden vervangen. ‘Dat gaat in alle trams op andere lijnen ook gebeuren, maar wij lopen daarin vooruit!’

Om de zes minuten

In de gekoppelde trams kunnen twee keer zoveel mensen mee. ‘In de spits gaan we in de winterregeling om de zes minuten rijden (dat is nu om de vier minuten) en in de zomerregeling om de zeven-en-een-halve minuut (dat is nu om de vijf minuten). Dus uiteindelijk hebben we anderhalf keer zoveel capaciteit. Ja, het dus zijn dat je als reiziger iets langer moeten wachten voor er een tram komt. Het is niet anders. Er kunnen nu niet meer mensen in een tram – en er kunnen niet meer trams op de lijn. En de lijn was ongelofelijk druk.’

´De coronacrisis heeft ons hele toekomstmodel in de war geschopt; op het moment is die extra capaciteit niet eens nodig. Dat is wel een beetje raar, want ik ben al tien jaar met de drukte op deze lijn bezig – en de druk is nu opeens weg. Maar natuurlijk hebben we ervoor gekozen om wel met de planning door te gaan.´

Mooie samenwerking

Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan de verbouwing van het opstelterrein en aan de spooruitbreidingen daar. Paul: ‘We hebben al met al heel hard gewerkt! Het is een mooie samenwerking van GVB, MET en de Vervoerregio. Natuurlijk heeft het wel eens geschuurd, maar we kunnen toch trots zijn op de samenwerking en het resultaat!

´We kunnen toch trots zijn op de mooie samenwerking van GVB, MET en de Vervoerregio. En op het resultaat!´

Foto: Karin Stroo

Gefaseerd instromen

In eerste instantie was het plan om ‘een harde klap’ op het project te geven en álle trams vanaf 28 september gekoppeld te laten rijden. Vanwege de problemen die Koert en zijn ploeg tegenkomen, wordt dat aangepast: ‘We hebben besloten om de trams die vanaf begin september worden getest en goed zijn, in de dienstregeling op te nemen en te laten rijden. De gekoppelde trams stromen dus gefaseerd in in de dienstregeling. We streven er wel naar om op 28 september volledig gekoppeld te rijden.´

Toekomstmodel

Voor Paul Koert gebeurt dat wel op een raar moment: ‘De coronacrisis heeft ons hele toekomstmodel in de war geschopt; op het moment is die extra capaciteit niet eens nodig. Dat is wel een beetje raar, want ik ben al tien jaar met de drukte op deze lijn bezig – en de druk is nu opeens weg. Maar natuurlijk hebben we ervoor gekozen om wel met de planning door te gaan. We moeten de mogelijkheid hebben door te groeien. Met de geplande uitbreiding van IJburg en de extra woningen die gebouwd gaan worden op Zeeburgereiland is dat natuurlijk nog steeds nodig.’